'Kop van Noord-Holland heeft gouden randje'Uitgegeven op 03-12-2011 om 21:01 |
link |
bewaar |
printWIERINGERWERF - De gemeenten en het bedrijfsleven in de Kop van Noord-Holland moeten de regio als een eenheid zien met een veelheid aan kwaliteiten. Zolang binnen deze landstreek met elkaar wordt geconcurreerd, wordt het nooit wat. Dat is een van de conclusies, die kan worden getrokken uit het advies ‘De Kop op de Kaart’ van de Commissie voor de Kop van Noord-Holland.
De commissie werd op 1 april geïnstalleerd, om te onderzoeken op welke wijze de regio van een sociaaleconomische en een ecologische impuls kan worden voorzien, na het afblazen van het Wieringerrandmeer. Daarmee werd gevolg gegeven aan een motie van Provinciale Staten. Het advies werd vrijdag gepresenteerd in het Van der Valk-hotel Wieringermeer.
Op vier gebieden kan de regio een impuls worden gegeven, in de visie van de commissie. De agrarische sector, de maritieme sector, de bedrijfstak van recreatie en toerisme en de duurzame energiewinning.
Door elk van deze sectoren lopen drie ‘rode draden’ die als doelen aangemerkt zouden kunnen worden: het aantrekken en vasthouden van de beroepsbevolking, een vraaggestuurde regionale benadering van wonen en een integrale strategie voor natuurontwikkeling. Vrij vertaald komt het neer op voldoende banen voor de wat hoger opgeleiden, geen versnippering van woningbouw en het scheppen van een aantrekkelijke leefomgeving.
Volgens commissievoorzitter Lenie Dwarshuis moet er een gebiedsagenda komen met een fonds voor de komende acht jaar, waarvoor de provincie geld moet inzetten, maar er zal ook door de gemeenten en de bedrijven meebetaald moeten worden, naast eventueel te verkrijgen subsidies. “Meedoen kost geld, maar dat hoeft niet negatief te zijn. Als je meebetaalt, bepaal je ook mee,” aldus de voorzitter. “De Kop heeft een gouden randje, maar je moet er wel mee aan de slag.”
In de regio zijn veel plannen en in dat opzicht was er geen nieuws te melden. Het gaat er vooral om deze te bundelen en een programma voor uitvoering op te stellen, waarin de provincie een regierol kan vervullen. Slaagt de regio erin zich als eenheid te presenteren, dan kan in het kabinet een bewindspersoon worden belast met het bijhouden van de vorderingen in dit gebied, zo is de overtuiging van Dwarshuis.
Voor de agrarische sector ziet de commissie mogelijkheden als er aan schaalvergroting wordt gedaan. De provincie en het rijk hebben grondposities in de regio, waarmee dat mogelijk kan worden gemaakt. Voor de maritieme doelstellingen en windenergie ‘offshore’ is Den Helder nadrukkelijk in beeld, alsook voor de overslag van landbouwproducten ten behoeve van export over zee. In Den Oever zouden dan meer visserijactiviteiten geconcentreerd kunnen worden.
De Polder Waard Nieuwland op Wieringen is nadrukkelijk in beeld voor recreatie en toerisme. Maar ook voor de natuurcompensatie, zoals enige tijd geleden al werd geopperd, in verband met de uitbreiding van het Helderse havengebied. Daarmee kan een omgeving worden gecreëerd die interessant is voor verblijfsrecreatie.
In een exclusief interview met de Wieringer Courant, dat op dinsdag 6 december wordt gepubliceerd, waarschuwt Dwarshuis er wel voor, dat de economische activiteit niet ten koste zou moeten gaan van de landschappelijke waarde van het gebied. In die editie wordt ook dieper ingegaan op de inhoud van het rapport.